In 2040 is het Kromme Rijn Linie Landschap een gebied met een goede balans tussen natuur, wonen, landbouw en recreatie. Dat is het doel van het ontwikkelperspectief dat gemeenten Bunnik, Houten, Nieuwegein, Utrecht en Zeist, de provincie Utrecht en waterschap Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden (HDSR) onlangs vaststelden. Hiermee zetten zij een volgende stap op de route naar het Kromme Rijn Linie Landschap van de toekomst.
Aan de zuidoost kant van de stad Utrecht ligt het Kromme Rijn Linie Landschap: ongeveer 4.000 hectare ingeklemd tussen Utrecht, Nieuwegein, Houten, Driebergen en Zeist waarin ook Bunnik en Odijk liggen. Het landschap is een uniek gebied met landgoederen, open polderlandschap, de Kromme Rijn en de Unesco werelderfgoederen van de Limes en de Hollandse Waterlinies. Maar het gebied staat onder druk door de grote verstedelijkingsopgaven in de regio en kampt met urgente uitdagingen rond biodiversiteit, stikstof, landbouw en water. Met dit ontwikkelperspectief laten gemeenten, provincie en waterschap zien hoe zij dit gebied willen behouden en versterken voor bewoners, boeren, natuurliefhebbers en recreanten.
Dit is het Kromme Rijn Linie Landschap van de toekomst:
- Het landschap verbindt stad en land en biedt ruimte voor natuur, landbouw en recreatie. Er is een sterke relatie tussen stedelijk en landelijk gebied.
- Het landelijk gebied in deze drukke regio heeft grote betekenis voor de mensen die er wonen, ondernemen en recreëren.
- De rijke geschiedenis van de Limes, Hollandse Waterlinies en de landgoederen is voelbaar en beleefbaar.
- Landbouw, recreatie en natuur versterken elkaar en bieden nieuwe kansen voor een duurzaam evenwicht.
- Verbeterde natuur- en waterkwaliteit zorgen voor schoon (drink)water en meer biodiversiteit.
- In een aantrekkelijk landschap wordt (ook) lokaal voedsel geproduceerd, wat zowel de regio als de lokale economie versterkt.
Benieuwd naar Kromme Rijn Linie Landschap van de toekomst? Bekijk dan het ontwikkelperspectief of de samenvatting in de publieksflyer.
Aan de slag met uitwerking en uitvoering
Met het uitvoeringsprogramma, onderdeel van het ontwikkelperspectief, kunnen de gebiedspartners aan de slag met de volgende stap: het uitwerken van de ambities, ideeën en concrete projecten uit het ontwikkelperspectief. Dat gebeurt om te beginnen in vier gebieden: Laagraven (Nieuwegein/Houten), Nieuw-Wulven/Fort Vechten (Houten/Bunnik), de omgeving van de Kersenweide (Bunnik) en de zone tussen Bunnik en Zeist. Denk aan projecten zoals toegankelijke recreatiegebieden, nieuwe wandelpaden, ruimte voor waterberging en natuurvriendelijke oevers en beleving van landschap en cultuurhistorie. Hiervoor heeft de provincie Utrecht middelen beschikbaar vanuit het Utrechts Programma Landelijk Gebied Maatregelpakket (UPLG) ‘Groen blauwe linten en scheggen’.
Net als bij de totstandkoming van het ontwikkelperspectief, werken de gebiedspartners ook in deze nieuwe fase samen met bewoners, boeren en grondeigenaren in het gebied. Zo voeren zij de komende tijd gesprekken met boeren over hoe te komen tot een vitale en duurzame landbouwsector. Deze gesprekken moeten leiden tot een perspectief voor de boeren en het realiseren van doelen van het UPLG en Groen Groeit Mee. Maar ook partijen van buiten het gebied met belang bij bijvoorbeeld natuur- en recreatie-ontwikkelingen blijven zij betrekken.
Groen Groeit Mee
Steeds meer mensen willen wonen in de provincie Utrecht. De vraag naar ruimte is er groot en de hoeveelheid groen per inwoner staat onder druk. En dat terwijl groen van grote waarde is voor het geluk en de gezondheid van inwoners, klimaatadaptatie en biodiversiteit. Groen Groeit Mee is de ambitie om recreatief groen, natuur, water en landschap mee te laten groeien met het stijgende aantal woningen in de provincie Utrecht.
Provincie Utrecht, U10, Regio Amersfoort, het Utrechtse deel van de Regio Foodvalley en drie Utrechtse waterschappen werken samen aan Groen Groeit Mee. Kromme Rijn Linie Landschap is één van de voorbeeldgebieden waarin de Groen Groeit Mee partners ervaring op doen.