Openbaar verslag vergadering GS Utrecht 31-10-2017

01A Openbaar verslag GS-vergadering d.d. 24 oktober 2017

Het verslag wordt ongewijzigd vastgesteld.

06* Verzoek tot wijziging gemeenschappelijke regeling Plassenschap Loosdrecht e.o.

SAMENVATTING:

De deelnemers aan de gemeenschappelijke regeling Plassenschap Loosdrecht e.o. wordt gevraagd in te stemmen met het voorstel tot wijziging van de gemeenschappelijke regeling, naar aanleiding van wijzigingen van de Wet gemeenschappelijke regelingen (Wgr).

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. in principe in te stemmen met het voorstel tot wijziging van de gemeenschappelijke regeling van het Plassenschap Loosdrecht met betrekking tot:

a. wijzigingen die voortvloeien uit de wijziging van de Wgr en overige wetgeving; b. wijzigingen die voortvloeien uit gemeentelijke herindelingen; c. het verwerken van wijzigingen uit 2011 in een doorlopende tekst van de regeling; d. wijzigingen die betrekking hebben op aanpassing van de tekst aan de praktijk en herstellen van een fout of omissie; e. wijzigingen die betrekking hebben op het verminderen van het aantal leden in de Plassenraad. 2. Provinciale Staten op grond van artikel 1, tweede lid Wgr toestemming te vragen om de gewijzigde regeling Plassenschap Loosdrecht e.o. aan te gaan. 3. na verkregen toestemming als bedoeld onder 2 te besluiten om de gemeenschappelijke regeling Plassenschap Loosdrecht e.o. te wijzigen. 4. het statenvoorstel vast te stellen en ter besluitvorming toe te zenden aan Provinciale Staten.

07* Nieuwe Verordening Plassenschap Loosdrecht e.o.

SAMENVATTING:

Plassenschap Loosdrecht actualiseert een aantal verouderde regelingen en voegt ze samen tot een nieuwe verordening. De deelnemers wordt gevraagd te toetsen of de Plassenraad met deze verordening binnen haar bevoegdheid blijft en in te stemmen met de Verordening Plassenschap Loosdrecht.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. in te stemmen met de Verordening Plassenschap Loosdrecht;
  2. het statenvoorstel vast te stellen en ter besluitvorming toe te zenden aan Provinciale Staten.

08* Scenario's NRU

SAMENVATTING:

Op 3 juli 2017 hebben Provinciale Staten de motie “provinciale boter bij de vis voor NRU” aanvaard. In de motie wordt het college gevraagd om beleidsmatige scenario’s uit te werken voor de Noordelijke Randweg Utrecht (NRU). De motie is in de Staten aangenomen als reactie op een aangenomen amendement in de gemeenteraad van Utrecht waarmee onder voorwaarde extra middelen voor de inpassing beschikbaar zijn gesteld. Provinciale Staten worden door middel van een statenbrief en bijlage geïnformeerd over de inhoud van de beleidsscenario’s en de beoordeling van de scenario’s en de voorkeur van het college voor scenario c. Met dit scenario wordt voorgesteld samen met de gemeente te verkennen hoe de inpassing van de NRU geoptimaliseerd kan worden.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. de statenbrief met daarin drie beleidsmatige scenario’s voor een bijdrage aan de NRU vast te stellen en ter informatie toe te zenden aan Provinciale Staten;
  2. een voorkeur uit te spreken voor scenario c en de voorkeur voor dit scenario te delen met Provinciale Staten.

09* Realisatieplan Fiets pijler 1.1 Uitvoer Actieplan fiets en veiligheid gemeentelijke infrastructuur en voortzetting

SAMENVATTING:

Het Actieplan fiets en veiligheid gemeentelijke infrastructuur 2015-2018 was al van kracht met de daarbij horende uitvoeringsverordening voordat het Realisatieplan Fiets 2016-2020 in 2016 werd vastgesteld. De looptijd van beide plannen lopen daarom niet gelijk. Het maatregelenpakket zoals afgesproken in het Actieplan zijn onderdeel geworden van pijler 1 van het Realisatieplan Fiets. Het maatregelenpakket is gericht op het veiliger, comfortabeler en vlotter maken van routes van het Regionale fietsnetwerk in beheer van gemeenten. Bij de vaststelling van het Realisatieplan is al aangekondigd dat als het maatregelenpakket goed loopt alle ter beschikking gestelde financiële middelen al in 2017 bestemd zouden kunnen zijn. Deze situatie doet zich nu voor. Voor de maatregelen voor 2018 is voor gemeenten Woerden, Amersfoort, Utrechtse Heuvelrug en Veenendaal geen financiële dekking. Het gaat om een financiële dekking van €3 miljoen. Omdat er op dit moment nog ruimte is (nog niet ingezette middelen) binnen het Realisatieplan Fiets is het voorstel deze ruimte in te zetten.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. het budget van €3 miljoen vanuit pijler 1.3 in te zetten voor pijler 1.1 in 2018;
  2. het voorstel tot wijziging van de Uitvoeringsverordening subsidie Actieplan fiets en veiligheid gemeentelijke infrastructuur 2015-2018 vast te stellen;
  3. de statenbrief vast te stellen en ter informatie toe te zenden aan Provinciale Staten.

10* Energiebesparende maatregelen Huis voor de provincie

SAMENVATTING:

In de Energieagenda “Klimaat voor Energietransitie” is aangekondigd dat we de energieprestatie van het Huis voor de provincie op een financieel verantwoorde manier willen verbeteren. Dat wordt gedaan om het goede voorbeeld te geven, maar ook om te leren hoe het werkt bij de andere kantoren in onze provincie. De energievoorziening van het Huis voor de provincie wordt stapsgewijs verduurzaamd richting energielabel B en in 2020 zal de CO2-uitstoot met meer dan 30% zijn verminderd zoals in het convenant tussen Stichting Kantoren Rijnsweerd (SKR) en de gemeente Utrecht is afgesproken.. Dat wordt gedaan binnen de randvoorwaarde voor een gezonde bedrijfsvoering waarbij we de vuistregel hanteren dat elke maatregel zich binnen 15 jaar moet terugverdienen. In 2018 wordt onderzoek gedaan naar de mogelijkheden om Label A te realiseren.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. de energiebesparende maatregelen uit te voeren waardoor de CO2-uitstoot met meer dan 30% wordt verminderd en het kantoorgebouw energielabel B zal verkrijgen;
  2. onderzoek te doen naar maatregelen die nodig zijn om een energielabel A te krijgen;
  3. de statenbrief vast te stellen en ter informatie toe te zenden aan Provinciale Staten.

12* Afrekening N421

SAMENVATTING:

In 2015 is de N421 voor het verkeer opengesteld. Door de gunstige marktomstandigheden tijdens de aanbesteding van het project zijn de aanlegkosten aanzienlijk lager uitgevallen dan waarmee in het verleden rekening was gehouden. Sinds eind 2016 zijn de provincie en de gemeente Houten in overleg over de verrekening van het overschot aan dekking. Aanvankelijk leidde dat niet tot overeenstemming omdat de gemeente Houten meende dat eerdere overeenkomsten en afspraken tot een hoger bedrag voor Houten zouden moeten leiden. In het overleg dat sinds mei met Houten heeft plaatsgevonden, zijn geen nieuwe documenten of afspraken op tafel gekomen die leiden tot een andere berekening. Tegelijkertijd is gekeken of er ruimte was om te komen tot een aangepaste berekening. Het bleek mogelijk om Houten een ander aanbod te doen binnen de bepalingen die zijn vastgelegd in de Uitvoeringsovereenkomst van de N421 van 3 oktober 2011.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. in te stemmen met de verrekening met de gemeente Houten;
  2. in te stemmen met bijgaande Statenbrief en met verzending naar Provinciale Staten.

13 Beantwoording brieven gemeenten Woudenberg en Leusden aankoop pand “Meubin” bij aansluiting Maarn A12

SAMENVATTING:

Het college van B&W van de gemeente Woudenberg heeft op 12 mei jl. naar aanleiding van een aangenomen motie in de gemeenteraadsvergadering van 23 maart GS een brief gestuurd om aandacht te vragen voor de mogelijkheid tot strategische aankoop van het pand “Meubin” bij de aansluiting A12 – N227 (aansluiting Maarn). Op 18 mei heeft de gemeenteraad van Leusden in navolging van de gemeenteraad van Woudenberg een motie met een soortgelijke strekking aangenomen; het college van B&W van Leusden heeft aan deze motie gevolg gegeven door GS op 27 juli een brief te sturen. Aankoop van het pand “Meubin” moet het mogelijk maken om de huidige halve aansluiting Maarn (alleen te gebruiken voor verkeer vanuit en in de richting van Utrecht) uit te breiden tot een volledige aansluiting (dus ook te gebruiken voor verkeer vanuit en in de richting van Arnhem). De gemeenteraden van Woudenberg en Leusden verwachten dat hiermee de verkeersdruk op de provinciale wegen N224 en N226 binnen hun gemeenten kan worden verminderd. Voorgesteld wordt om beide gemeenten te antwoorden dat de provincie in overleg zal treden met de eigenaar van het pand “Meubin” om aankoop te bespreken. Daarnaast zal de provincie een verkenning starten om de effecten van het volledig maken van de aansluiting A12 – N227 in beeld te brengen.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten de brieven aan de gemeenten Woudenberg en Leusden met als onderwerp ‘Volledig maken aansluiting Maarn A12’ vast te stellen en te verzenden.

14 Benodigd aanvullend budget N226 rotonde de Mof

SAMENVATTING:

Om het aantal verkeersongevallen op dit punt terug te dringen heeft de Provincie Utrecht in 2013 besloten om op dit kruispunt een rotonde aan te leggen. Om deze rotonde aan te kunnen leggen moet rond de kruising de grond verworven worden, sloop van een woning plaats vinden en een aantal directe inritten op de N226 verwijderd worden. ln samenwerking met de gemeente Leusden en Stichting de Boom is een voorkeursvariant gemaakt voor het huidige ongeregelde T-kruispunt op de provinciale weg N226 bij restaurant de Mof. Door deze variant zal de verkeersveiligheid toenemen. In het GS-besluit van 10 september 2013 is een projectbudget vastgesteld van €1.485.000. Het aanvullend benodigd budget bedraagt: € 550.000 Het aanvullend budget kan worden gedekt uit de reserve van het mobiliteitsplan.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten voor het uitvoeren van de eerder genomen maatregel een benodigd aanvullend bedrag van € 550.000,- beschikbaar te stellen uit de reserve van het mobiliteitsplan.

15 Besluit Organisatieverordening

SAMENVATTING:

Tijdens de GS-vergadering van 5 september jl. heeft de commissaris van de Koning (cvdK) aandacht gevraagd voor de wijze waarop het voorstel voor de Inrichting Topstructuur aan het college ter besluitvorming is voorgelegd en destijds is behandeld. Inhoudelijk gaat het daarbij over de positie van het Kabinet in de provinciale organisatie. Maandag 18 september jl. is de ophanging van het Kabinet in de provinciale organisatie onderwerp van gesprek geweest in een overleg van de cvdK, de gedeputeerde voor Personeel en Organisatie en de Algemeen Directeur. Daarbij is gesproken over de wijze waarop chef Kabinet verantwoording aflegt aan de cvdK (inhoud) en aan de Algemeen Directeur (financiën, personeelsbeleid en bedrijfsvoering).

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. het ‘organisatiebesluit provincie 2004’ aan te passen conform het voorstel in Bijlage 1 en dit als voorgenomen besluit voor te leggen aan de OR;
  2. het organogram bijgevoegd als bijlage 2 vast te stellen.

16 Beantwoording statenvragen PVV betreffende “Bos & Van Rijn, rapport Scherp aan de wind”

SAMENVATTING:

Op 14 september 2017 heeft Statenlid Dercksen van de Partij voor de Vrijheid vervolg statenvragen gesteld over het rapport Scherp aan de wind dat in opdracht van de provincie is opgesteld door Bos & Van Rijn. In dit rapport wordt ingegaan op lopende initiatieven voor windenergie en op welke wijze de provincie de voortgang ten aanzien van windenergie kan versnellen. De vragen refereren aan de beantwoording van eerder gestelde vragen over het rapport. In de beantwoordingsbrief wordt op de gestelde vragen ingegaan.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten de beantwoording van de schriftelijke vragen ex artikel 47 van het Reglement van Orde provincie Utrecht van de heer R. Dercksen van de Partij voor de Vrijheid betreffende “Bos & Van Rijn, rapport Scherp aan de wind” vast te stellen en te verzenden.

17 Green deal participatie

SAMENVATTING:

Het doel van de Green Deal is “stimuleren dat participatie een vanzelfsprekend onderdeel wordt bij de inpassing van duurzame energieprojecten, waardoor een betere belangenafweging kan plaatsvinden, met als gevolg betere besluiten, meer draagvlak en een kortere doorlooptijd van procedures." Door in te stemmen met deze Green Deal Participatie verklaren GS om akkoord te gaan met afspraken in de Green Deal die primair gericht zijn op acties om partijen de komende twee jaar van elkaar te laten leren.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. in te stemmen met het in IPO-verband aangaan van de Green Deal Participatie waarmee provincies in IPO-verband kunnen leren van participatie bij energieprojecten waarmee het IPO invulling geeft aan dit onderdeel van de IPO-meerjarenagenda;
  2. Gedeputeerde Ad Meijer als voorzitter van de IPO-BAC Energie, te mandateren om namens de colleges van Gedeputeerden Staten van de twaalf provincies, de Green Deal Participatie te ondertekenen en redactionele wijzigingen in de Green Deal op te nemen.

18* Veehouderij en Gezondheid

SAMENVATTING:

Naar aanleiding van de bespreking in PS van 25 september 2017 van de (verworpen) motie over een geitenstop in Utrecht worden PS in bijgaande statenbrief geïnformeerd over de ontwikkelingen rond veehouderij en gezondheid van omwonenden in het algemeen en geitenhouderij en gezondheid in het bijzonder.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten de statenbrief vast te stellen en ter informatie toe te zenden aan Provinciale Staten.

19 Beheerplan Natura 2000 Eemmeer & Gooimeer Zuidoever

SAMENVATTING:

In opdracht van het ministerie van Infrastructuur en Milieu zijn door Rijkswaterstaat als voortouwnemer voor Natura 2000 IJsselmeergebied, waaronder Eemmeer & Gooimeer Zuidoever, beheerplannen opgesteld. Rijkswaterstaat heeft daarvoor een zorgvuldig proces doorlopen en de inhoud met de betrokken partijen opgesteld en afgestemd. De ontwerp beheerplannen hebben ter visie gelegen. De daaruit voortvloeiende aanpassingen zijn doorgevoerd. De provincie wordt als medebevoegd gezag gevraagd om in te stemmen met het voorliggend beheerplan. Na instemming van de mede bevoegde gezagen, de zes betrokken provincies, zal de Directeur Generaal Rijkswaterstaat Nederland DG-RWS het Definitief Beheerplan aanbieden aan de minister van Infrastructuur & Milieu I&M voor vaststelling.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. in te stemmen met de inhoud van het beheerplan Natura 2000 Eemmeer & Gooimeer Zuidoever van het ministerie van Infrastructuur & Milieu;
  2. de DG RWS met bijgaande brief te informeren over dit besluit, als voortouwnemer in opdracht van het ministerie van Infrastructuur en Milieu;
  3. de statenbrief vast te stellen en met het Natura 2000 beheerplan Eemmeer & Gooimeer Zuidoever ter informatie toe te zenden aan Provinciale Staten.

20 Beantwoording statenvragen betreffende het vangen en doden van bevers

SAMENVATTING:

Door de Partij voor de Dieren zijn vragen gesteld over het door het Hoogheemraadschap Stichtse Rijnlanden (HDSR) opgestelde beverprotocol. Tevens wordt gevraagd de beschermde status van bevers handhaven en het doden van deze dieren niet toe te staan.

De Bever is opgenomen op bijlage IV van de Habitatrichtlijn. De soort is op grond hiervan streng beschermd via paragraaf 3.2 van de Wet natuurbescherming. Een wijziging van de beschermingsstatus van deze soort dient via de Habitatrichtlijn plaats te vinden. De provincie kan de beschermingsstatus van de bever niet wijzigen. Exemplaren van deze soort kunnen ernstige schade kunnen aanrichten of zelfs grote veiligheidsrisico’s veroorzaken waardoor het noodzakelijk kan zijn om maatregelen te treffen, waar in het uiterste geval ook doden onder valt. Er kan dan ook niet toegezegd worden dat er nooit bevers zullen worden gedood.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten de beantwoording van de schriftelijke vragen ex artikel 47 van het reglement van orde provincie Utrecht van mevrouw Keller van de PvdD betreffende het vangen en doden van bevers vast te stellen en te verzenden.

21 Openstellingsbesluit POP3-regeling voor Jonge Landbouwers 2017

SAMENVATTING:

GS besluiten om de POP3-regeling voor Jonge Landbouwers open te stellen tussen 4 december 2017 en 15 januari 2018 met een subsidieplafond van € 450.000. Deze openstelling is de derde openstelling waarmee we jonge landbouwers willen stimuleren om duurzaam te investeren in hun bedrijf. In deze openstelling is de investeringslijst uitgebreid naar 27 categorieën, waardoor een betere keuze voor de verschillende sectoren te maken is. De regeling is vooral bedoeld om de aanschaf van modernere installaties en machines te stimuleren, waarmee de jonge landbouwer een achterstand kan inlopen. De modernisering moet bijdragen aan verbetering van het milieu, klimaatbestendigheid, dierenwelzijn, volks-en diergezondheid, landschap/ruimtelijke kwaliteit of biodiversiteit.

De wijziging van de Verordening subsidies POP3 provincie Utrecht maakt het mogelijk dat er geen ondergrens wordt gevraagd aan de subsidie en geeft ruimte aan GS om het aantal investeringen per aanvrager te bepalen. In de huidige openstelling wordt dat beperkt tot drie investeringen per aanvrager. Dit is landelijk afgesproken en ook afgestemd met het Nederlands Agrarisch Jongeren Kontakt (NAJK).

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. het besluit, nr. 81C0A673, tot wijziging van de verordening subsidies POP3 2014-2020 Provincie Utrecht vast te stellen;
  2. het openstellingsbesluit, nr. 81C0A5B6, voor de Jonge Landbouwers regeling vast te stellen;
  3. bovenstaande besluiten te publiceren in het Provinciaal blad.

22 Beslissingen op de bezwaarschriften van “Vereniging Maarsbergen Natuurlijk,” “Stichting Natuur en Milieufederatie Utrecht” en “Stichting Dassenwerkgroep Utrecht & Gooi” die zijn gericht tegen een ontheffing op basis van de Wet natuurbescherming.

SAMENVATTING:

Gedeputeerde Staten hebben aan “Van Wolfswinkel Reiniging B.V.” ten aanzien van de diersoort das ontheffing verleend van het verbod uit artikel 3.10, eerste lid, aanhef en onder b, van de Wet natuurbescherming. Tegen deze ontheffing is door “Vereniging Maarsbergen Natuurlijk,” “Stichting Natuur en Milieufederatie Utrecht” en “Stichting Dassenwerkgroep Utrecht & Gooi” bezwaar gemaakt. De Awb-adviescommissie adviseert de bezwaren grotendeels ongegrond te verklaren en het bestreden besluit in stand te laten met een nadere motivering. Gedeputeerden Staten besluiten conform dit advies.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. het besluit d.d. 18 april 2017, nummer 81AC86E8, met nadere motivering, in stand te laten;
  2. de drie afdoeningsbrieven vast te stellen, te verzenden en voor de motivering van de beslissing op bezwaar, met toepassing van artikel 3:49 van de Awb, mede te verwijzen naar het advies van 18 augustus 2017 van de Awb-adviescommissie van PS en GS.

23 Beantwoording schriftelijke vragen ex art. 47 RvO van de PVV over houtstook Eneco in de stad Utrecht

SAMENVATTING:

De Partij voor de Vrijheid (PVV) uit Provinciale Staten heeft 8 schriftelijke vervolgvragen gesteld over o.a. de herkomst van houtmateriaal dat de in aanbouw zijnde biowarmtecentrale van Eneco op industrieterrein Lage Weide in de gemeente Utrecht gaat gebruiken na de ingebruikneming van de centrale. De PVV wil ook graag weten hoe Gedeputeerde Staten denken over de toepassing van biomassa als bijdrage in de reductie van de CO2-uitstoot. In hun antwoord maken Gedeputeerde Staten duidelijk dat de meeste vragen van de PVV-fractie vallen buiten de reikwijdte van de inmiddels onherroepelijk geworden omgevingsvergunning voor de biowarmtecentrale van Eneco. Vanaf nu gaat het om de handhavingstaak van Gedeputeerde Staten als bevoegd gezag. Ook maken Gedeputeerde Staten onderbouwd duidelijk welke informatie op dit moment voorhanden is en welke (nog) niet. Wat betreft beleidsaspecten over de toepassing van biomassa organiseren Gedeputeerde Staten op 13-11-2017 een informatiebijeenkomst voor Provinciale Staten over de rol van biomassa in de energietransitie.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. de beantwoording van de schriftelijke vragen ex art. 47 van het Reglement van Orde Provincie Utrecht van de heer R. Dercksen van de Partij voor de Vrijheid (d.d. 2-10-2017) vast te stellen en te verzenden;
  2. de portefeuillehouder te machtigen om, waar nodig, nog kleine aanpassingen in de uitgaande brief door te voeren.

24 Awb-bezwaarschrift tegen TUG-ontheffing Wet luchtvaart in Breukelen

SAMENVATTING:

Een inwoner van Maarssen maakt bezwaar tegen een door Gedeputeerde Staten verleende ééndaagse ontheffing aan een helikopterbedrijf om op 20 mei 2017 max. 20 helikoptervluchten (40 vliegbewegingen) uit te voeren met één of meer helikopters vanaf een start- en landingslocatie in Breukelen. Bezwaarde vindt dat duizenden mensen van het overvliegen hinder ondervinden terwijl slechts enkelen van de vluchten genieten. Ook is de ontheffing te laat gepubliceerd. De Awb-adviescommissie stelt vast dat bezwaarde op ruim 2,5 km. afstand woont van de start- en landingslocatie en daarom bij de ontheffing geen eigen persoonlijk belang heeft. De Awb-adviescommissie adviseert om bezwaarde niet-ontvankelijk te verklaren in zijn bezwaren en geen proceskostenvergoeding toe te kennen. Gedeputeerde Staten besluiten het advies van de Awb-adviescommissie op te volgen.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. bezwaarde in zijn bezwaarschrift van 26 juni 2017 niet ontvankelijk te verklaren;
  2. geen proceskostenvergoeding toe te kennen;
  3. publicatie-aspecten rond TUG-ontheffingen nadrukkelijk mee te nemen in het lopende herijkingstraject van de provinciale TUG-beleidsregels;
  4. de beslissing op bezwaar vast te stellen, te verzenden en voor de motivering te verwijzen naar het betreffende advies van de Awb-adviescommissie van PS en GS.

25 Awb-bezwaarschrift tegen opgelegde last onder dwangsom wegens het werken zonder omgevingsvergunning (Wet bodembescherming)

SAMENVATTING:

Een afvalverwerkend bedrijf zeeft op locatie zonder omgevingsvergunning puin en stenen uit partijen verontreinigde grond. Bezwaarmaker meent dat er geen sprake is van een ‘inrichting’ en dat er voor het saneringswerk geen vergunning nodig is. Bezwaarmaker heeft inmiddels wel een aanvraag om een Wabo-vergunning ingediend. Nu er volgens hem concreet zicht is op legalisatie, wil bezwaarde dat van verder handhavend optreden wordt afgezien. Wetgeving en jurisprudentie leren volgens de Awb-adviescommissie duidelijk anders. Ook blijkt de vergunningaanvraag inmiddels buiten behandeling te zijn gesteld. Er is daarom geen zicht op legalisatie. Omdat beide bezwaaronderdelen aldus geen doel treffen, kan het besluit van Gedeputeerde Staten volgens de Awb-adviescommissie in stand blijven en is er geen aanleiding voor toekenning van een vergoeding van proceskosten. Gedeputeerde Staten besluiten om het advies van de Awb-adviescommissie op te volgen en hun bestreden beslissing in stand te laten.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. het Awb-bezwaarschrift van 26 juli 2017 ongegrond te verklaren;
  2. geen proceskostenvergoeding toe te kennen;
  3. het bestreden besluit van 28 juni 2017 in stand te laten;
  4. de beslissing op bezwaar vast te stellen, te verzenden en voor de motivering te verwijzen naar het advies van de Awb-adviescommissie van PS en GS d.d. 21 september 2017.

34 Communicatie

Geen opmerkingen.

36 Rondvraag

Het verslag wordt vastgesteld in de vergadering van 7 november 2017,

voorzitter,

secretaris,