Openbaar verslag vergadering GS Utrecht 18-09-2018

01A Openbaar verslag GS-vergadering d.d. 11 september 2018

Het verslag wordt 25 september 2018 vastgesteld.

05 1e behandeling Najaarsrapportage 2018

SAMENVATTING:

De Najaarsrapportage is de tweede voortgangsrapportage. Bij de Najaarsrapportage wordt gekeken naar de voortgang van beleid en budgetten in het begrotingsjaar 2018. De daaruit voortkomende begrotingswijzigingen dienen definitief te worden vastgesteld door PS.

BESLUIT; Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. de Najaarsrapportage 2018 vast te stellen en ter besluitvorming toe te zenden aan Provinciale Staten;
  2. het statenvoorstel Najaarsrapportage 2018 vast te stellen en ter besluitvorming toe te zenden aan Provinciale Staten;
  3. de portefeuillehouder te machtigen in de Najaarsrapportage 2018 en het bijbehorende statenvoorstel , tekstuele wijzigingen aan te brengen en daarmee de eindredactie te verzorgen.

06 Programmabegroting 2019

SAMENVATTING:

In de programmabegroting zijn het coalitieakkoord en de kadernota 2019 integraal verwerkt. Daarnaast zijn er stappen gezet in de doorontwikkeling van de P&C cyclus met betrekking tot de kwaliteit van de stuurinformatie in de begroting. De verbeteringen zijn de doorontwikkeling van de doelenboom per programma en de financiële koppeling op beleidsdoel. De begroting 2019 laat een sluitend meerjarenperspectief zien, het begrotingssaldo in 2019 is nihil.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. de concept Programmabegroting 2019 vast te stellen;
  2. het statenvoorstel vast te stellen en samen met de concept Programmabegroting 2019 ter besluitvorming toe te zenden aan Provinciale Staten;
  3. de portefeuillehouder te machtigen om in de Programmabegroting 2019 en het bijbehorende statenvoorstel tekstuele wijzigingen en niet materiële financiële correcties aan te brengen en daarmee de eindredactie te verzorgen.

07A Gedeeltelijke contraire beslissing op de bezwaren van en reactie op de klacht van “Level projectbouw B.V.”

SAMENVATTING:

Aan “Level projectbouw B.V.” is ontheffing van de Wet natuurbescherming verleend ten aanzien van de huismus en is ontheffing van de Wet natuurbescherming geweigerd ten aanzien van de gewone dwergvleermuis. “Level projectbouw B.V.” heeft bezwaar gemaakt tegen de weigering en de voorschriften verbonden aan de ontheffing. Tevens hebben zij een klacht ingediend ten aanzien van de duur van de behandeling van hun aanvraag.

Gedeputeerde Staten blijven bij de weigering ten aanzien van de gewone dwergvleermuis en gaan daarbij contrair aan het advies van de Awb-adviescommissie van PS en GS. Voor het overige wordt het advies van de Awb-adviescommisse van PS en GS gevolgd en worden de overige bezwaren en de klacht gegrond verklaard.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. voorschrift 8 van het besluit van 5 februari 2018, nummer 81C21889 te wijzigen en het besluit voor het overige in stand te laten;
  2. de proceskosten te vergoeden conform artikel 7:15 van de Awb;
  3. de klacht gegrond te verklaren;
  4. de twee afdoeningsbrieven vast te stellen, te verzenden en voor motivering van de beslissing op bezwaar deels te verwijzen naar het advies van de Awb-adviescommissie van PS en GS en voor het overige en voor de reactie op de klacht, deels met toepassing van artikel 3:49 van de Awb, te verwijzen naar het advies van 22 juni 2018 van de Awb-adviescommissie van PS en GS.

08 Het vaststellen van het Provinciaal Uitvoeringsprogramma Externe Veiligheid (PUEV) 2015-2019

SAMENVATTING:

Het externe veiligheidsbeleid is gericht op het beperken van risico’s op calamiteiten met gevaarlijke stoffen waarbij dodelijke slachtoffers vallen. De risicobronnen zijn: lnrichtingen, transport van gevaarlijke stoffen over weg, water, spoor en door buis-leidingen, vuurwerk bij evenementen en het gebruik van luchthavens. In 2015 is door Provinciale Staten het Provinciaal Uitvoerings-programma Externe Veiligheid (PUEV) 2015-2018 vastgesteld. Het Rijk, IPO en VNG hebben besloten om de programma-financiering voor externe veiligheid te verlengen tot en met 2019, in afwachting van resultaten van een onderzoek dat plaatsvindt naar de structurele financiering van externe veiligheidstaken via het Gemeentefonds en het Provinciefonds. Er wordt naar gestreefd om de structurele financiering in te laten gaan in 2020. Mocht dit niet tijdig gerealiseerd worden dan zal de programmafinanciering in 2019 met nóg een jaar verlengd worden. Voorgesteld wordt om het PUEV 2015-2018 te verlengen tot en met 2019.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. het Provinciaal Uitvoeringsprogramma Externe Veiligheid 2015-2019 vast te stellen op voorwaarde dat de in het programma vermelde Rijksmiddelen beschikbaar worden gesteld;
  2. bijgevoegd Statenvoorstel “Verlenging van het Provinciaal Uitvoeringsprogramma Externe Veiligheid (PUEV) 2015-2018 tot en met 2019” toe te zenden aan Provinciale Staten voor besluitvorming in de vergadering van 5 november 2018.

09 Benoeming en eervol ontslag van leden van de Awb-adviescommissie van PS en GS voor bezwaren en klachten

SAMENVATTING:

In dit voorstel treft u de voordracht aan voor benoeming van een plaatsvervangend voorzitter en zeven nieuwe leden voor de Awb-adviescommissie van PS en GS en voor eervol ontslag van vijf zittende leden.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. met ingang van 1 oktober 2018 eervol te ontslaan als lid van de Awb-adviescommissie: mevrouw mr. M. Dirkzwager, de heer A. Kalmann, mevrouw mr. drs. E.D.M. Knegt, de heer mr. Th.A. Velo en de heer mr. H.S. de Vries;
  2. met ingang van 1 oktober 2018 voor een periode van vier jaar, met een eventuele eenmalige herbenoeming, te benoemen als plaatsvervangend voorzitter van de Awb-adviescommissie van PS en GS: de heer em. prof. mr. P.J.J. van Buuren;
  3. met ingang van 1 oktober 2018 voor een periode van vier jaar, met een eventuele eenmalige herbenoeming, te benoemen als lid van de Awb-adviescommissie van PS en GS: de heer em. prof. mr. W. Konijnenbelt, de heer prof. dr. Ph. Eijlander, de heer mr. dr. L.M. Koenraad, mevrouw mr. dr. B.A. Beijen, mevrouw mr. J. Gundelach, de heer mr. B. Knieriem, mevrouw mr. M. Vink;
  4. de Commissaris van de Koning te mandateren tot het opstellen en ondertekenen van de benoemings- en ontslagbrieven.

10 Vervallen

-

11 Kwartaalrapportage onkosten gerelateerd aan werkzaamheden GS 2e kwartaal 2018

SAMENVATTING:

De bestuurders van de provincie Utrecht zijn van mening dat zij integer en verantwoordelijk om moeten gaan met publieke middelen. Om hier openlijk verantwoording over af te leggen, wordt er elk kwartaal een overzicht van de onkosten van iedere bestuurder opgesteld. Deze overzichten worden elk half jaar verzonden naar Provinciale Staten en tegelijkertijd gepubliceerd op de provinciale website. De kwartaaloverzichten onkosten gerelateerd aan de werkzaamheden GS voor het tweede kwartaal 2018 zijn gereed en worden hierbij ter vaststelling voorgelegd. Tevens zijn de gegevens van het eerste kwartaal (die al eerder zijn vastgesteld) en tweede kwartaal 2018 opgeteld in de tabel overzicht 1e half jaar 2018.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. de kostenoverzichten over het tweede kwartaal van 2018 per lid van het college vast te stellen;
  2. de tabel kostenoverzicht leden van Gedeputeerde Staten 1e half jaar 2018 vast te stellen;
  3. de statenbrief vast te stellen en ter kennisname toe te zenden aan Provinciale Staten.

12 Afhandeling motie 73 ‘Veilig en vlot naar haltes en stations’

SAMENVATTING:

Op 6 november 2017 is in PS Motie 73 ‘Veilig en Vlot naar haltes en stations’ aangenomen. Om antwoord te kunnen geven op de in de motie gestelde vragen is aan alle Utrechtse gemeenten, omliggende provincies, vervoerders en de provinciaal adviseur Ruimtelijke Kwaliteit gevraagd om een reactie te geven op de vragen uit de motie. Gemeenten hebben zicht op wat er onder inwoners speelt. Ook hebben gemeenten een belangrijke rol als wegbeheerder en Wmo autoriteit. De ontvangen reacties geven een goed beeld van de diversiteit aan onderwerpen waaraan in het kader van de motie aandacht kan worden besteed. Bij het analyseren van de door gemeenten gemelde aandachtspunten bleek dat in het oppakken van deze aandachtspunten is voorzien in het door PS op 12 juli jl. vastgestelde Mobiliteitsprogramma 2019-2023 dan wel in al bestaande programma’s, subsidieverordeningen en concessievoorschriften. PS worden middels een Statenbrief geïnformeerd over de geïnventariseerde aandachtspunten en over hoe GS hier mee om gaat.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten: 1. kennis te nemen van de reacties op de vragen uit motie 73 ‘Veilig en vlot naar haltes en stations’; 2. er zorg voor te dragen dat de aangedragen aandachtspunten als uitwerking van het Mobiliteitsprogramma 2019-2023 in samenwerking met stakeholders worden opgepakt binnen bestaande en te ontwikkelen uitvoeringsprogramma’s; 3. gemeenten te informeren over wat gemeenten vanuit hun rol als wegbeheerder kunnen doen en informeren over de subsidiemogelijkheden voor fiets- en haltevoorzieningen; 4. Provinciale Staten middels bijgevoegde statenbrief te informeren over afhandeling van motie 73 ‘Veilig en vlot naar haltes en stations’.

12A Intentieverklaring A12 tussen Gouda en Utrecht

SAMENVATTING:

De A12 tussen Gouda en Utrecht kent doorstromingsproblemen. Het wegvak is als knelpunt opgenomen in de door het Rijk vastgestelde Nationale Markt en Capaciteitsanalyse (NMCA). De doorstromingsproblemen verslechteren de bereikbaarheid en zorgt voor overlast op de Provinciale wegen en in de gemeenten rondom de A12. De prognoses laten zien dat de doorstromingsproblemen toenemen.

Met de intentieverklaring onderschrijven de ondertekenende partijen de knelpunten en verklaren zij dat zij gezamenlijk aandacht voor de problematiek gaan vragen bij de Rijksoverheid en gezamenlijk op zoek gaan naar oplossingen.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. de intentieverklaring A12 Gouda / Utrecht inhoudelijk te onderschrijven;
  2. de Gedeputeerde Mobiliteit het mandaat te geven de intentieverklaring te ondertekenen namens de Provincie.

14 Benoeming commissaris Raad van Commissarissen Vitens N.V.

SAMENVATTING:

In verband met het vertrek van een van de commissarissen bij Vitens, heeft er een selectieproces plaats gevonden om een goede kandidaat aan te trekken en zo de huidige Raad te completeren. De aandeelhouders zijn gevraagd in te stemmen met de benoeming van de voorgedragen kandidaat. De gedane voordracht met bijbehorend verzoek tot instemming valt buiten de reguliere vergadercyclus van de aandeelhoudersvergadering en is middels een schriftelijke ronde afgedaan zodat de feitlijke benoeming van de beoogde kandidaat op 28 november kan plaatsvinden. Voorts wordt voorgesteld algemeen mandaat af te geven aan de portefeuillehouder voor de afdoening van de stukken AvA Vitens en tevens een algemeen mandaat af te geven aan de afdelingsmanager BDO om bij afwezigheid van de portefeuillehouder namens GS op te treden in de AvA.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. in te stemmen met de voordracht van mevrouw drs. H. Setz MBA zodat haar benoeming als commissaris in de RvC van Vitens N.V. voor een periode van vier jaar op 28 november 2018 kan plaatsvinden;
  2. algemeen mandaat af te geven aan de portefeuillehouder voor de afdoening van de stukken AvA Vitens;
  3. algemeen mandaat af te geven aan de afdelingsmanager BDO om bij afwezigheid van de portefeuillehouder namens GS op te treden in de AvA.

15 Beantwoording schriftelijke vragen over de afronding van de jaarrekening 2017 d.d. 4-9-2018

SAMENVATTING:

De PvdA heeft een aantal vragen gesteld naar aanleiding van mededeling van gedeputeerde Straat over de afronding van de Jaarrekening 2017 in de Financiële Audit Commissie van maandag 3 september.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten de beantwoording van de schriftelijke vragen ex art. 47 van het Reglement van Orde Provincie Utrecht van de Statenleden Van Muilekom en Krijgsman van de PvdA betreffende de afronding van de jaarrekening 2017 vast te stellen en te verzenden.

16 Toepassing artikel 9f Elektriciteitswet inzake windpark Goyerbrug

SAMENVATTING:

Door initiatiefnemer “Windpark Goyerbrug bv” zijn plannen in voorbereiding voor de realisatie van een windpark nabij het Amsterdam Rijn Kanaal in Houten. Naar verwachting zal hiertoe een omgevingsvergunning worden aangevraagd. Op grond van de Elektriciteitswet zijn Gedeputeerde Staten bevoegd hierop te besluiten. Indien dit geen versnelling is ten opzichte van besluitvorming door de gemeente, kunnen zij deze bevoegdheid bij de gemeente laten.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. af te zien van de toepassing gecoördineerde voorbereiding en besluitvorming zoals bedoeld in artikel 9f zesde lid Elektriciteitswet ten behoeve van het windpark Goyerbrug;
  2. bijgevoegde brief die daartoe strekt vast te stellen en deze te verzenden aan het college van de gemeente Houten nadat een verzoek daartoe van de gemeente is ontvangen;
  3. bijgevoegde statenbrief vast te stellen en te verzenden aan provinciale staten nadat bedoeld verzoek van de gemeente is ontvangen en bedoelde brief aan college van Houten wordt verzonden;
  4. Portefeuillehouder te machtigen de brief aan het college van Houten te verzenden.

17 Utrechts Actieplan Weidevogels

SAMENVATTING:

In het Utrechts Actieplan Weidevogels is uitgewerkt hoe het aantal weidevogels zich in Utrecht heeft ontwikkeld en hoe de provincie de weidevogels wil behouden. Indien de voorgestelde maatregelen worden uitgevoerd, neemt het aantal weidevogels naar verwachting licht toe van een kleine 1800 paar grutto’s in 2016 naar ca. 1850 paar in 2023 – de huidige achteruitgang van circa 5% per jaar stopt in dat geval. Er worden zowel beheer- als inrichtingsmaatregelen voorgesteld, zowel voor de weidevogelreservaten als voor het agrarisch gebied. Voor de maatregelen in de reservaten is geld beschikbaar gesteld in de Kadernota 2018, voor de inrichtingsmaatregelen in het agrarisch gebied is POP3-geld beschikbaar.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. het ‘Utrechts Actieplan Weidevogels’ vast te stellen;
  2. de Statenbrief vast te stellen en ter informatie toe te zenden aan Provinciale Staten;
  3. Gedeputeerde Maasdam-Hoevers te mandateren eventueel kleine redactionele wijzigingen in het Actieplan door te kunnen voeren.

18 Beantwoording schriftelijke vragen van mevrouw T. Noordenbos van de SP betreffende Landbouwvisie (d.d. 28-08-2018)

SAMENVATTING:

Statenlid T. Noordenbos van de SP heeft naar aanleiding van een beoogde uitbreiding van een pluimveebedrijf in Amersoort van 63.000 naar 103.000 vleeskuikens een aantal vragen gesteld die gaan over dierenwelzijn, mestproductie, ondersteuning van jonge boeren en omschakeling naar biologische pluimveehouderij. De SP vraagt of een dergelijke uitbreiding past in de landbouwvisie van de provincie en wat de provincie kan ondernemen om de uitbreiding tegen te gaan. In de beantwoording wordt gemeld dat, als de uitbreiding past binnen het bestemmingsplan, de PRV en de milieunormen, de provincie de uitbreiding niet kan tegenhouden. Wat betreft de omvang van de mestproductie voert de provincie via de PRV een restrictief beleid met betrekking tot vestigings- en uitbreidings-mogelijkheden voor de niet-grondgebonden veehouderij. De warme sanering van varkenshouderij waarover onlangs afspraken zijn gemaakt tussen Rijk, provincies, VNG en de varkenshouderijsector is een voorbeeld van de aanpak die de provincie voor ogen heeft om de intensieve veehouderij meer in balans met de omgeving te krijgen. Wat betreft dierwelzijn is er geen directe relatie tussen de bedrijfsomvang en dierwelzijn. Speciaal voor jonge boeren die willen investeren in verduurzaming van hun landbouwbedrijf bestaat binnen POP3 een subsidieregeling. Tot slot ondersteunt de provincie met Europees (POP3) en eigen geld innovaties gericht op verduurzaming van de landbouw. Daarbij maakt de provincie geen onderscheid tussen biologische en gangbare landbouw.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten de beantwoording van de schriftelijke vragen ex art. 47 van het Reglement van Orde Provincie Utrecht van het Statenlid Noordenbos van de PvdA betreffende de Landbouwvisie vast te stellen en te verzenden.

19 Beslissing op de bezwaren van stichtingen Fauna4Life, Animal Rights en de Faunabescherming gericht tegen een ontheffing op basis van de Wet natuurbescherming

SAMENVATTING:

Aan de Faunabeheereenheid is op basis van de Wet natuurbescherming ontheffing verleend om ganzen te vangen en met CO2 te doden rond Schiphol in het kader van de veiligheid van de luchtvaart.

Fauna4Life, Animal Rights en de Faunabescherming zijn het niet eens met deze ontheffing en hebben bezwaar gemaakt. De Awb-adviescommissie van PS en GS heeft geadviseerd om hun bezwaren ongegrond te verklaren.

Gedeputeerde Staten besluiten conform dit advies.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. het besluit van 24 april 2018, nummer 81CDA8E1, Z-WNB-BSB-2018-0546, in stand te laten;
  2. de afdoeningsbrieven vast te stellen, te verzenden en voor motivering van de beslissing op bezwaar, met toepassing van artikel 3:49 van de Awb, te verwijzen naar het advies van 9 augustus 2018 van de Awb-commissie van PS en GS.

20 Beslissing op de bezwaren van Stichting Fauna4Life gericht tegen een ontheffing op basis van de Wet natuurbescherming

SAMENVATTING:

Aan Stichting Het Utrechts Landschap is (aanvullend) ontheffing, op basis van de Wet natuurbescherming, verleend voor het gebruik van lokvoer bij het beheer van damherten. Stichting Fauna4Life heeft bezwaar gemaakt tegen deze ontheffing, omdat zij van mening is dat geen sprake is van lokvoer maar van bijvoeren. Tevens vindt zij de geldigheidsduur van de ontheffing te lang.

De Awb-adviescommissie heeft geadviseerd om de bezwaren, voor zover deze zien op de geldigheidsduur van de ontheffing, gegrond te verklaren en voor het overige ongegrond.

Gedeputeerde Staten besluiten conform dit advies.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. het besluit van 10 april 2018, nummer 81CB1BDE, te wijzigen in de zin dat de ontheffing geldig is voor de duur van het Faunabeheerplan 2014-2019 en voor het overige in stand te laten;
  2. de afdoeningsbrief vast te stellen, te verzenden en voor motivering van de beslissing op bezwaar, met toepassing van artikel 3:49 van de Awb, te verwijzen naar het advies van 22 juni 2018 van de Awb-commissie van PS en GS.

21 Vervallen

-

22 Wijziging reglement voor Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden in verband met toewijzing van geborgde zetels en kleine grenswijzigingen

SAMENVATTING:

In verband met de waterschapsverkiezingen in maart 2019 dienen een aantal kleine wijzigingen in het reglement voor Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden (HDSR) te worden doorgevoerd. Het gaat ten eerste om het formeel vastleggen van een nieuwe benoemende organisatie voor geborgde zetels. De betreffende organisatie is al aangewezen door de minister van Infrastructuur en Waterstaat in overleg met het IPO. Daarnaast worden enkele kleine grenswijzigingen doorgevoerd op plekken waar de huidige grens door ruimtelijke ontwikkelingen achterhaald is, niet logisch aansluit op het beheersgebied van het waterschap of niet goed aansluit op de grens van het naburige waterschap.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. het statenvoorstel tot wijziging van het Reglement Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden 2009 met bijbehorende toelichting vast te stellen;
  2. het onder 1 genoemde statenvoorstel ter goedkeuring aan Provinciale Staten voor te leggen.

23 Awb-bezwaarschrift tegen afwijzing handhavingsverzoek Wet bodembescherming

SAMENVATTING:

Een inwoner van de gemeente De Ronde Venen heeft begin 2018 een verzoek tot handhaving ingediend vanwege graafwerkzaamheden op het verontreinigde perceel van zijn buurman. Gedeputeerde Staten hebben dat handhavingsverzoek afgewezen. Tegen dat besluit is bezwaar aangetekend. De Awb-adviescommissie is van mening dat Gedeputeerde Staten juist hebben gehandeld omdat bezwaarde van de graafwerkzaamheden geen rechtstreeks feitelijke gevolgen ondervindt en daarmee inderdaad geen belanghebbende is. Daarom adviseert de Awb-adviescommissie om bezwaarde in zijn bezwaar tegen het afgewezen handhavingsverzoek niet-ontvankelijk te verklaren en geen vergoeding van proceskosten toe te kennen. Het advies wordt opgevolgd.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. bezwaarde in zijn bezwaar d.d. 22 mei 2018 tegen het afgewezen verzoek tot handhaving niet-ontvankelijk te verklaren;
  2. het bestreden besluit van 2 mei 2018 in stand te laten;
  3. geen proceskosten te vergoeden;
  4. de beslissing op bezwaar vast te stellen, te verzenden en voor de motivering te verwijzen naar het advies van de Awb- adviescommissie van PS en GS van 26 juli 2018.

24A Beantwoording klachtbrief

Gedeputeerde Staten nemen het C-stuk Beantwoording klachtbrief voor kennisgeving aan.

26 Communicatie

Geen opmerkingen.

28 Rondvraag

Het verslag wordt vastgesteld in de vergadering van 25 september 2018,

voorzitter,

secretaris,