Openbaar verslag vergadering GS Utrecht 16-04-2019

01A Openbaar verslag GS-vergadering d.d. 9 april 2019

Het verslag wordt ongewijzigd vastgesteld.

07 Afhandeling motie 161 ‘verenig Maarsbergen’ en motie 162 ‘bushaltes voor de deur’

SAMENVATTING:

Provinciale Staten worden geïnformeerd over de wijze waarop invulling is gegeven aan de afhandeling van moties 161 ‘verenig Maarsbergen’ en 162 ‘bushaltes voor de deur’. Motie 161 ‘verenig Maarsbergen’ draagt Gedeputeerde Staten op om het Q-team de opdracht te geven om samen met de inwoners van Maarsbergen tot een zo breed mogelijk gedragen voorstel voor inpassing te komen en op basis daarvan zo spoedig mogelijk met een voorlopig ontwerp te komen waarin de inwoners duidelijkheid krijgen over de inpassing van dit project. Deze opdracht is aan het Q-team meegegeven. Motie 162 ‘bushaltes voor de deur’ verzoekt Gedeputeerde Staten om nader te onderzoeken wat de mogelijkheden en de kosten zijn om bushaltes dichter in het centrum van Maarsbergen te plaatsen. Het onderzoek wijst uit dat verplaatsing dichter naar het centrum onwenselijk is.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. de uitvoering van motie 161 ‘verenig Maarsbergen’ vorm te geven zoals in het plan van aanpak van het Q-team is verwoord en de motie als afgehandeld te beschouwen;
  2. motie 162 ‘bushaltes voor de deur’ als afgehandeld te beschouwen;
  3. de statenbrief over de afhandeling van moties 161 en 162 behorend bij Statenvoorstel PS2O18MME23 ‘scope en raming spooronderdoorgang N226 Maarsbergen’ vast te stellen en ter informatie toe te zenden aan Provinciale Staten.

08 Aanleg bermverharding bij asfaltonderhoud op de N210, N225, N412 en N415

SAMENVATTING:

Uit recent uitgevoerde inspecties en schademetingen blijkt dat in 2019 het asfalt moet worden vervangen op delen van de hoofdrijbaan van de provinciale wegen N210 te Lopik, N225 te Leersum, N412 te De Bilt en de N415 te Baarn. In het kader van werk met werk maken wordt voorgesteld om bij deze werkzaamheden gelijktijdig aan beide zijden van de weg bermverharding aan te leggen. De aanwezigheid van bermverharding vergroot de vergevingsgezindheid van een weg, automobilisten die om welke reden dan ook met hun voertuig deels buiten de rijbaan komen krijgen de kans veilig hun koers te corrigeren. Hiermee kunnen ongevallen worden voorkomen.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. bij het asfalt onderhoud aan delen van de hoofdrijbaan van de N210 tussen km 42,2 en 42,9, de N225 tussen km 27,6 en 28,3, de N412 tussen 0,0 en 1,3 en de N415 tussen km 3,6 en 3,9 aan beide zijden bermverharding aan te leggen;
  2. investeringskrediet ter beschikking te stellen van € 231.000,- ten laste van de investering Verkeersveiligheid in het mobiliteitsprogramma 2019-2023;
  3. de statenbrief vast te stellen en ter informatie toe te zenden aan Provinciale Staten.

09 Voortgangsbrief werkend tramvervoerssysteem Uithoflijn

SAMENVATTING:

Begin maart is met GS gedeeld dat het proefbedrijf van de Uithoflijn eind februari gestart is. De afgelopen weken is veel ervaring opgedaan, zo zijn eind vorige week alle scenariotesten één keer uitgevoerd. Bij de meeste testen ging alles in één keer goed, een paar moeten binnenkort nog een keer. De opleidingsritten van de trambestuurders verlopen volgens planning. Tegelijkertijd is een viertal technische issues naar voren gekomen, die een risico vormen voor de start van de robuustheidsproeven en daarmee ook bepalend kunnen zijn voor de start van de exploitatie. Hierdoor is er druk ontstaan op de huidige stuurplanning. Desondanks is, als alles goed gaat, ingebruikname Uithoflijn eind juli 2019 nog steeds mogelijk. De kans is echter wel toegenomen dat de stuurplanning aangepast moet worden en de Uithoflijn later in gebruik wordt genomen.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten de statenbrief vast te stellen en deze toe te zenden aan Provinciale Staten.

10 Bestuursovereenkomst duurzame bereikbaarheid en mobiliteit IJsselstein

SAMENVATTING:

Er is sprake van een correlatie in de ruimtelijke opgaven van de provincie en gemeente IJsselstein. Dit zijn de ontwikkeling van het bedrijventerreinen (o.a. De Kroon), de woningbouwopgave, het onderzoeken van het doorstromingsknelpunt te IJsselstein op de provinciale weg N210 en de mobiliteitsopgave voor de toekomst realiseren. Met het tekenen van de bestuursovereenkomst ‘duurzame bereikbaarheid en mobiliteit IJsselstein’ worden door de partijen afspraken vastgesteld voor de toekomstige mobiliteitsopgave van IJsselstein die aansluit bij het provinciaal beleid. Er wordt ingezet op minder spitsbewegingen per auto, het versterken van het gebruik van OV en fiets en gedragsverandering.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. de bestuursovereenkomst duurzame bereikbaarheid en mobiliteit IJsselstein vast te stellen;
  2. Gedeputeerde Straat volmacht te verlenen om deze namens de provincie te ondertekenen;
  3. de statenbrief met bijbehorende bijlage vast te stellen en ter kennisgeving toe te zenden aan Provinciale Staten;
  4. het bijbehorende persbericht vast te stellen;
  5. de beslispunten 1 t/m 4, enkel onder voorwaarde van positieve besluitvorming op 16 april 2019 door het college van B&W van IJsselstein inzake de bestuursovereenkomst.

11 Vervallen

-

12 Beantwoording van een brief van UMC over het realiseren van een rookvrije bus-/tramhaltes UMC en WKZ

SAMENVATTING:

De provincie Utrecht is per brief verzocht om de haltes UMC en WKZ op Utrecht Science Park rookvrij te maken. In de reactie wordt de intentie uitgesproken om hier medewerking aan te verlenen en wordt gevraagd om de samenwerking verder aan te gaan.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. de halten UMC en WKZ rookvrij te maken;
  2. de beantwoordingsbrief vast te stellen en te verzenden naar de geadresseerden;
  3. opdracht te geven voor het rookvrij maken van de halten UMC en WKZ en dit uit te voeren.

13 1e partiële herziening PRS/PRV

SAMENVATTING:

Op 15 mei 2018 heeft Gedeputeerde Staten het ontwerp 1e partiële herziening Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie/Provinciale Ruimtelijke Verordening (Herijking 2016) vastgesteld waarmee nieuwvestiging van een agrarisch bouwperceel aan de zuidzijde van de Peter v. d. Breemerweg mogelijk wordt gemaakt. Op 10 december 2018 heeft Provinciale Staten een motie aangenomen om de 1e partiële herziening PRS/PRV inzake de bedrijfsverplaatsing van Van D. zoals die nu wordt voorbereid onmiddellijk in gang te zetten als de gemeente besluit tot medewerking aan deze verplaatsing. Op 7 februari jl. heeft de gemeenteraad van Soest echter besloten om geen medewerking te verlenen aan de vestiging van een nieuw agrarisch bouwperceel aan de zuidzijde van de Peter v. d. Breemerweg. Gelet op het vorenstaande zal de procedure voor de 1e partiële herziening van de PRS en PRV (Herijking 2016) agrarisch bedrijf Soest niet worden vervolgd.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. de procedure om tot de 1e partiële herziening PRS/PRV (Herijking 2016) agrarisch bedrijf Soest te komen stop te zetten;
  2. de statenbrief vast te stellen en toe te zenden aan Provinciale Staten;
  3. de brieven aan de gemeente Soest en de agrarier Van D. vast te stellen en te verzenden.

14 Eerste reactie op energielandschap Rijnenburg

SAMENVATTING:

Op dinsdag 26 maart heeft het college van B&W van de gemeente Utrecht een concept plan voor het energielandschap Rijnenburg vastgesteld. De gemeente wil het pauzelandschap Rijnenburg tijdelijk inzetten voor de grootschalige productie van duurzame energie maar ook ruimte bieden voor woningbouw.. PS wordt geïnformeerd over de ontwikkelingen.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten de statenbrief Eerste reactie op conceptplan energielandschap Rijnenburg te verzenden.

16 Verslag inzet en activiteiten Europees Erfgoedjaar in de provincie Utrecht

SAMENVATTING:

In dit stuk wordt toegelicht hoe de provincie Utrecht in 2018 het Europees Erfgoedjaar heeft gevierd. Ingezet werd op publieksbereik van erfgoed. De schijnwerpers zijn gericht geweest op de Utrechtse iconen, collecties, verhalen en landschap. Binnen het provinciehuis is het Erfgoedjaar ingezet om domein-overstijgende en integrale processen te ondersteunen.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten de statenbrief vast te stellen en akkoord te gaan met doorzending naar Provinciale Staten.

17 Verkenning intensivering samenwerking RUD-ODRU

SAMENVATTING:

In 2018 zijn er diverse inspanningen gepleegd met als doel te zoeken naar openingen om de samenwerking tussen de twee Utrechtse omgevingsdiensten te intensiveren. Deze inspanningen hebben niet geleid tot de in eerste instantie voorgenomen fusie, maar wel tot nadere inhoudelijke samenwerking. In bijgevoegde Statenbrief informeert het college Provinciale Staten hierover.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. kennis te nemen van de Statenbrief ‘Verkenning intensivering samenwerking ODRU-RUD’;
  2. de statenbrief vast te stellen en ter informatie toe te zenden aan Provinciale Staten.

18 Europese investeringen in provincie Utrecht

SAMENVATTING:

Om beter inzicht te krijgen in de Europese geldstromen naar de provincie Utrecht, heeft de provincie een onderzoek laten uitvoeren door het bureau ERAC. ERAC heeft circa 80% van alle subsidies en leningen geïnventariseerd vanaf het begin van de programmaperiode 2014-2020 tot de peildatum 1 september 2018. In deze periode is bijna € 378,5 mln. Europese subsidie toegekend aan 706 organisaties in Utrecht. Deze subsidie lokt een investeringsimpuls uit van € 0,5 mld. en een werkgelegenheidseffect van 7.000 banen. Ruim 80% van de aan Utrecht verstrekte Europese subsidies komt uit het onderzoek- en innovatieprogramma Horizon 2020. Verreweg het grootste aandeel van deze subsidies valt onder thema’s innovatie, economie, life science en gezondheid. Zo laat het onderzoek zien dat Europese investeringen van wezenlijk belang zijn voor de ontwikkeling van de Utrechtse kenniseconomie en het Utrechtse profiel als proeftuin voor Healthy Urban Living. Per inwoner hebben de organisaties in de provincie Utrecht € 295 Europese subsidie ontvangen. Dat is na Groningen (€ 458) en Zuid-Holland (€ 320) de derde plaats van de Nederlandse provincies. Berekend ten opzichte van het bruto regionaal product behoort de provincie tot de middenmoot (zevende plaats). Buiten de bovengenoemde subsidies heeft de Europese Investeringsbank € 1,2 mld. aan directe leningen en garanties verstrekt aan organisaties in de provincie Utrecht. De bijgevoegde brochure presenteert de resultaten van dat onderzoek op hoofdlijnen. Deze brochure evenals het volledige rapport zijn gepubliceerd op de provinciesite.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. kennis te nemen van de inhoud van de bijgevoegde brochure “Europa investeert in de provincie Utrecht”;
  2. de statenbrief vast te stellen en met bovengenoemde brochure ter informatie toe te zenden aan Provinciale Staten.

19 Vaststelling ontwerpbesluit wijziging Provinciale Milieuverordening Utrecht 2013: aanwijzing beschermings-zones calamiteitenonttrekking van Waternet te Nieuwegein

SAMENVATTING:

Op het waterwinstation ir. Cornelis Biemond (WCB) in Nieuwegein wordt door Waternet oppervlaktewater onttrokken aan het Lekkanaal ten behoeve van de openbare drinkwatervoorziening en gebruik in de industrie. In situaties waarbij geen of onvoldoende oppervlaktewater kan worden ingenomen, bijvoorbeeld bij een verontreiniging in het water, wordt overgeschakeld op de winning van grondwater vanuit putten op hetzelfde terrein. Voor deze zogenoemde calamiteitenonttrekking is meer bescherming nodig vanwege toename van het gebruik van de ondergrond, de te verwachten effecten van klimaatverandering en de verplichtingen vanuit de Europese Kaderrichtlijn Water (KRW). Met de voorgestelde wijziging in de Provinciale Milieuverordening Utrecht 2013 worden een waterwingebied en een boringsvrije zone vastgesteld. Na vaststelling zal het ontwerpbesluit tot wijziging ter inzage worden gelegd.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. het ontwerpbesluit tot wijziging van de Provinciale Milieuverordening Utrecht 2013 met bijbehorende toelichting vast te stellen;
  2. in de toelichting op het ontwerpbesluit op te nemen dat toekomstige ontwikkelingen rond aardwarmte aanleiding kunnen zijn om opnieuw een afweging te maken van de belangen van een duurzame warmtevoorziening en de drinkwatervoorziening;
  3. het onder 1 genoemde ontwerpbesluit met bijbehorende stukken gedurende zes weken ter inzage te leggen;
  4. de portefeuillehouder te mandateren voor het aanbrengen van ondergeschikte tekstuele wijzigingen voorafgaand aan de terinzagelegging.

22 Communicatie

Geen opmerkingen.

23 Rondvraag

Het verslag wordt vastgesteld in de vergadering van 23 april 2019,

voorzitter,

secretaris,