Openbaar verslag vergadering GS Utrecht 04-06-2019

01A Openbaar verslag GS-vergadering d.d. 28 mei 2019

Het verslag wordt ongewijzigd vastgesteld.

01C Openbaar verslag GS-vergadering d.d. 24 mei 2019, digitale ronde

Het verslag wordt ongewijzigd vastgesteld.

03 Rondvraag

Het verslag wordt vastgesteld in de vergadering van 11 juni 2019,

voorzitter,

secretaris,

04 Jaarverslag Awb-adviescommissie 2017 en 2018

SAMENVATTING:

De Awb-adviescommissie van PS en GS brengt jaarlijks verslag uit van haar werkzaamheden. Het bijgevoegde jaarverslag geeft inzicht in de afhandeling van bezwaarschriften en klachten in 2017 en 2018

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. het “jaarverslag 2017 en 2018 van de Awb-adviescommissie van PS en GS” vast te stellen;
  2. de statenbrief vast te stellen en ter kennisneming toe te zenden aan Provinciale Staten.

05 Verlegging tramtracé Nieuwegein City niet gelijktijdig met vernieuwing SUNIJ-lijn in 2020

SAMENVATTING:

Provincie Utrecht en gemeente Nieuwegein werken samen aan de vernieuwing van het OV-knooppunt in het stationsgebied van Nieuwegein City. Belangrijk onderdeel hiervan is de verlegging van het tramtracé van de SUNIJ-lijn in het gebied en de realisatie van een nieuwe halte. Er is naar gestreefd deze maatregelen gelijktijdig uit te voeren met de algehele vernieuwing van de SUNIJ-lijn in de zomer van 2020 (project VRT) om op die manier hinder voor reizigers zoveel mogelijk te beperken. De bestuurlijke stuurgroep Nieuwegein City heeft op basis van een nadere risico-inschatting echter geconcludeerd dat verlegging van het tramtracé niet haalbaar is in 2020. Er wordt nu gekoerst op realisatie in 2021.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. kennis te nemen van het besluit van de bestuurlijke stuurgroep Nieuwegein City om de verlegging van het tramtracé in het stationsgebied van Nieuwegein City niet gelijktijdig plaats te laten vinden met de vernieuwing van de SUNIJ-lijn in de zomer van 2020;
  2. de statenbrief met als onderwerp ‘Verlegging tramtracé Nieuwegein City niet gelijktijdig met vernieuwing SUNIJ-lijn in 2020’ vast te stellen en ter informatie toe te zenden aan Provinciale Staten.

06 Eerste kwartaalrapportage 2019 werkend tramvervoerssysteem Uithoflijn

SAMENVATTING:

Ieder kwartaal wordt gerapporteerd over de voortgang van de realisatie van de Uithoflijn. Dit betreft de eerste kwartaalrapportage van 2019. Zoals afgesproken worden ook de ontwikkelingen gedeeld die na de sluiting van het kwartaal zijn gebeurd. De datum van ingebruikname van de tramlijn conform stuurplanning is 29 juli 2019. Dat is vijf maanden eerder dan de bestuurlijke hoofdlijnenplanning, die gebaseerd is op een uitvoerige risico-analyse. Er zijn nog steeds risico’s waarvoor beheersmaatregelen worden genomen. Maar er zijn in de afgelopen periode geen nieuwe zaken aan het licht gekomen, die de stuurplanning op dit moment onhaalbaar maken. De haalbaarheid van ingebruikname in december 2019 is inmiddels berekend op 95%. Tijdens een gezamenlijke informatiebijeenkomst over de Uithoflijn van staten- en raadsleden op dinsdagavond 18 juni 2019 volgt een toelichting op de kwartaalrapportage en deze brief. Dan wordt naar verwachting ook duidelijk of deze zomer daadwerkelijk tram 22 in gebruik genomen wordt en onder welke randvoorwaarden.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. de kwartaalrapportage werkend tramvervoerssysteem Uithoflijn over Q4 2018 vast te stellen;
  2. de Statenbrief vast te stellen en deze met de kwartaalrapportage toe te zenden aan Provinciale Staten.

07 Scenario’s voor fietsverbinding Zuidelijke ontsluitingsweg Liesbosch

SAMENVATTING:

Het college van Burgemeester en Wethouders van Nieuwegein heeft op verzoek van de gemeenteraad van Nieuwegein scenario’s laten uitwerken ter verbetering van de doorgaande fietsroute over de provinciale parallelweg van de N408. Het betreft scenario’s die de doorstroming van de fietsers over de nieuwe zuidelijke ontsluitingsweg Liesbosch ter hoogte van de Biezenwade kunnen verbeteren. Gemeente Nieuwegein heeft provincie Utrecht het rapport ter informatie toegestuurd.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. kennis te nemen van het rapport “Resultaten Quickscan, Scenario’s voor fietsverbinding Zuidelijke ontsluitingsweg Liesbosch”;
  2. de bijgaande statenbrief vast te stellen en het rapport ter informatie aan Provinciale Staten toe te sturen.

08 Ondertekening green deal zeevaart, binnenvaart en havens

SAMENVATTING:

Provincie Utrecht gaat een green deal voor zeevaart, binnenvaart en havens ondertekenen met het Rijk, andere decentrale overheden, brancheorganisaties vanuit de scheepvaartsector, havenbedrijven, verladers, banken en kennisinstellingen. Partijen willen in 2030 ten minste 20% reductie van de CO2-emissie in de binnenvaart bereiken, 150 schepen met een zero-emissie aandrijflijn en ten minste 1 zero emissie zeeschip in de vaart hebben gebracht. Partijen ambiëren om in 2050 een nagenoeg emissievrije en klimaat-neutrale binnenvaart en een absolute CO2-reductie van 70% door de zeevaart gerealiseerd te hebben. Belangrijke acties in de green deal zijn om te komen tot een Europees fonds voor verduurzaming van de binnenvaart, zodat schippers het verduurzamen van schepen kunnen financieren en labeling van de binnenvaartschepen om de milieuprestatie te kunnen meten.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. om de green deal zeevaart, binnenvaart en havens aan te gaan;
  2. de gedeputeerde voor mobiliteit te mandateren om namens het College van Gedeputeerde Staten de green deal zeevaart, binnenvaart en havens te ondertekenen;
  3. de statenbrief ‘Ondertekening green deal zeevaart, binnenvaart en havens’ vast te stellen en ter informatie te sturen aan Provinciale Staten.

08 Ondertekening green deal zeevaart, binnenvaart en havens

SAMENVATTING:

Provincie Utrecht gaat een green deal voor zeevaart, binnenvaart en havens ondertekenen met het Rijk, andere decentrale overheden, brancheorganisaties vanuit de scheepvaartsector, havenbedrijven, verladers, banken en kennisinstellingen. Partijen willen in 2030 ten minste 20% reductie van de CO2-emissie in de binnenvaart bereiken, 150 schepen met een zero-emissie aandrijflijn en ten minste 1 zero emissie zeeschip in de vaart hebben gebracht. Partijen ambiëren om in 2050 een nagenoeg emissievrije en klimaat-neutrale binnenvaart en een absolute CO2-reductie van 70% door de zeevaart gerealiseerd te hebben. Belangrijke acties in de green deal zijn om te komen tot een Europees fonds voor verduurzaming van de binnenvaart, zodat schippers het verduurzamen van schepen kunnen financieren én het ontwikkelen van een labelingsysteem voor binnenvaartschepen om de milieuprestatie te kunnen meten.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. om de green deal zeevaart, binnenvaart en havens aan te gaan;
  2. de gedeputeerde voor mobiliteit te mandateren om namens het College van Gedeputeerde Staten de green deal zeevaart, binnenvaart en havens te ondertekenen;
  3. de statenbrief ‘Ondertekening green deal zeevaart, binnenvaart en havens’ vast te stellen en ter informatie te sturen aan Provinciale Staten.

09 Terugkoppeling BO MIRT voorjaar 2019

SAMENVATTING:

Tijdens het MIRT-overleg met de minister en staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat is de onverminderde urgentie van de woningbehoefte en bijbehorende groei van werkgelegenheid in stedelijk gebied wederom benadrukt. Er zijn afspraken gemaakt om een verstedelijkingsperspectief op te stellen. De randvoorwaardelijke versterking van (OV en fiets) bereikbaarheid en van de leefbaarheid wordt door rijk herkend en erkend en het maken van (vervolg) afspraken hierover wordt geagendeerd voor het BO MIRT van het najaar 2019.

Uitkomsten van dit overleg zijn door het kabinet verwoord in de brief van de bewindspersonen aan de Tweede Kamer (juni 2019, zie bijlage), die op 13 juni 2019 besproken zal worden in het zogenaamde Algemeen Overleg MIRT.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. de statenbrief vast te stellen en toe te zenden aan Provinciale Staten;
  2. gedeputeerde Straat te mandateren tekstuele wijzigingen aan te brengen in de definitieve statenbrief.

10 Eenmalige uitkering ambtenaren

SAMENVATTING:

Tot 1 januari 2018 was het mogelijk medewerkers een gedifferentieerde beloning te geven, meestal voor een bijzondere prestatie. Deze regeling is vervallen in ruil voor een hoger IKB. In de loop van de jaren is minder uitgekeerd aan gedifferentieerde beloningen dan was afgesproken in de toenmalige cao. Dit bedrag wordt becijferd op € 660.000. Met de bonden is in het GO overeenstemming bereikt over het uitkeren van dit bedrag aan alle medewerkers die in dienst waren op 31 december 2017 en die in aanmerking hadden kunnen komen voor een incidentele beloning.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. conform hetgeen waarover in de commissie voor Georganiseerd Overleg overeenstemming is bereikt, ontvangen alle ambtenaren van de provincie Utrecht in 2019 een eenmalige uitkering indien zij op 31 december 2017 in dienst waren;
  2. de eenmalige uitkering ten laste brengen van het rekeningresultaat over boekjaar 2017;
  3. niet in aanmerking voor de eenmalige uitkering komen:
  • ambtenaren die vanaf 1 januari 2018 in dienst zijn getreden;
  • ambtenaren die op 31 december 2017 niet tenminste 6 maanden aaneen gesloten in dienst waren direct voorafgaande aan deze datum;
  • ambtenaren die voor hun gehele arbeidsduur buitengewoon verlof genieten;
  1. ook (gewezen) ambtenaren met wie een overeenkomst is aangegaan die strekt tot finale kwijting zijn uitgezonderd van de eenmalige uitkering;
  2. het uit te keren bedrag per ambtenaar bedraagt € 660.000 gedeeld door het aantal ambtenaren dat in aanmerking komt.

11 Woondeal regio Utrecht

SAMENVATTING:

De minister van BZK wil met een beperkt aantal regio’s, waar de druk op de woningmarkt het hoogst is, een ‘woondeal’ sluiten. De regio Utrecht is één van deze zes regio’s. Het doel van de woondeal regio Utrecht is om een langjarig partnerschap aan te gaan tussen Rijk en regio om samen te werken aan de woonopgaven. De belangrijkste afspraken betreffen het versnellen van de realisatie van de reeds aanwezige planvoorraad en afspraken over het functioneren van de woningmarkt.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. in te stemmen met de woondeal regio Utrecht;
  2. de gedeputeerde met de portefeuille ‘Wonen’ te machtigen de woondeal te ondertekenen;
  3. na ondertekening van de woondeal de Statenbrief toe te zenden aan Provinciale Staten.

12 Beantwoording schriftelijke vragen betreffende “MER, windmolens Goyerbrug”

SAMENVATTING:

De gemeente Houten heeft op 8 januari 2019 besloten over de m.e.r-aanmeldingsnotitie ten behoeve van windpark Goyerbrug. De PVV heeft vragen gesteld over deze notitie en de beoordeling ervan. De vragen richten zich met name op de effecten van het windpark.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten de beantwoording van de schriftelijke vragen ex art. 47 van het Reglement van Orde Provincie Utrecht van het Statenlid Dercksen van de PVV over ““MER, windmolens Goyerbrug”, vast te stellen en te verzenden

13 Zienswijzen en advies cie m.e.r. op NRD van de milieueffectrapportage Omgevingsvisie

SAMENVATTING:

De ontwerp Notitie Reikwijdte en Detailniveau (NRD) ten behoeve van de milieurapportage (m.e.r.) voor de Omgevingsvisie en Omgevingsverordening heeft ter inzage geleden. Hier zijn 19 zienswijzen op binnengekomen. Ook heeft de commissie voor de milieurapportage (cie m.e.r.) een advies gegeven op de NRD. Met de zienswijzen en het advies van de cie m.e.r. kan de aanpak en inhoud van de m.e.r. verder vorm krijgen.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. de Notitie Reikwijdte en Detailniveau, inclusief de Nota van Beantwoording met ingekomen zienswijzen ten behoeve van het planMER voor de Omgevingsvisie, vast te stellen;
  2. de Statenbrief “Nota van Beantwoording en advies van de cie m.e.r. op de Notitie Reikwijdte en Detailniveau (NRD) voor de milieueffectrapportage Omgevingsvisie” vast te stellen en met de Nota van Beantwoording ter informatie toe te sturen aan Provinciale Staten.

14 Beantwoording schriftelijke vragen betreffende plannen van BIJ12 voor extra afschot reeën

SAMENVATTING:

De partij voor de dieren stelt vragen naar aanleiding van het bericht van BIJ12 om een proef te starten om aanrijdingen met reeën te verminderen. De proef geeft inzicht in de effectiviteit van gericht afschot van reeën rond zogenaamde ‘hotspots’, plekken waar veel aanrijdingen voorkomen.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten de beantwoording van de schriftelijke vragen ex art. 47 van het Reglement van Orde Provincie Utrecht van het Statenlid van der Steeg van de Partij voor de Dieren betreffende plannen van Bij12 voor extra afschot reeën vast te stellen en te verzenden.

15 Bijstelling staatssteungrondslag in “Uitvoeringsverordening Subsidie Biodiversiteit provincie Utrecht”.

SAMENVATTING:

Op 26 maart 2019 is de “Uitvoeringsverordening Subsidie Biodiversiteit provincie Utrecht” door GS vastgesteld. Bij het maken van een administratieve organisatie die nodig is voor het subsidieproces bleek er een juridische omissie met betrekking tot staatsteun in de subsidieregeling te zitten. Dit is door een aanpassing in twee artikelen opgelost waardoor de subsidieregeling nu wel voldoet aan de Europese regels voor staatssteun. De subsidieregeling is nog niet gepubliceerd waardoor hij ook nog niet in werking is getreden. Voorgesteld wordt de bijgestelde uitvoeringsverordening vast te stellen zodat deze na publicatie van kracht wordt. Dit B-stuk voorziet hierin.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. het besluit van 26 maart 2019, nummer 81E6E74D tot vaststelling van de Uitvoeringsverordening Subsidie biodiversiteit provincie Utrecht in te trekken;
  2. de Uitvoeringsverordening Subsidie Biodiversiteit provincie Utrecht, nummer 81F0EBE9, vast te stellen en te publiceren in het provinciaal blad;
  3. de portefeuillehouder te machtigen tot het aanbrengen van tekstuele en redactionele wijzigingen in de uitvoeringsverordening, genoemd in beslispunt 2.

15A Standpunt t.a.v. schadeclaims bouwkavels Dolderseweg

SAMENVATTING:

Het college neemt kennis van het advies van het advocaten kantoor Van Benthem & Keulen (VBK) waarin de nadere onderbouwing van de claim zoals die is ingediend op 15 respectievelijk 16 april 2019 door de niet geïnformeerde partijen is beoordeeld. Omdat er op basis van de door beide partijen ingediende onderbouwing geen juridische grondslag is waarop de vergoeding gebaseerd kan worden, stelt GS zich op het definitieve standpunt dat er niet tot enige vorm van schadevergoeding kan worden overgegaan Van dit standpunt worden de niet geïnformeerde partijen per brief op de hoogte gesteld. Van dit standpunt wordt PS vervolgens middels een Statenbrief op de hoogte gesteld.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. het definitieve standpunt in te nemen dat op basis van de nadere onderbouwing van de claim zoals ingediend op 15 respectievelijk 16 april door beide niet geïnformeerde partijen, er geen juridische grondslag is waarop de schadevergoeding gebaseerd kan worden;
  2. brieven aan partijen vast te stellen en portefeuillehouder te machtigen om eventuele tekstuele wijzigingen aan te brengen;
  3. de bijgevoegde statenbrief vast te stellen en door te leiden naar Provinciale Staten.

16 Statenbrief betreffende processtappen Henschotermeer

SAMENVATTING:

In verband met de ontwikkelingen die de nieuwe exploitant van het Henschotermeer wil uitvoeren, worden Provinciale Staten per Statenbrief geïnformeerd over de voortgang van de ontwikkelingen voor het gebied Henschotermeer.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten de bijgevoegde Statenbrief vast te stellen.

17 Reactie van GS aan B&W van De Ronde Venen betreffende diffuus lood in de bodem als reactie op de brief van B&W van 21 mei 2019

SAMENVATTING:

B&W van De Ronde Venen hebben de provincie de afgelopen maanden enkele brieven gezonden, die ook openbaar beschikbaar zijn en waaruit een onjuist beeld ontstaat van de intenties en de aanpak van de provincie omtrent het dossier diffuus lood in de bodem. Eerdere ambtelijke en bestuurlijke reacties van de zijde van de provincie hebben niet het gewenste resultaat opgeleverd om dat beeld recht te zetten. Deze brief is een reactie op de meest recente brief van B&W van 21 mei 2019. Hierin trachten GS de misvattingen van de gemeente over de inzet en het handelen van de provincie in het dossier diffuus lood en met name voor wat betreft de aanpak in de gemeente De Ronde Venen weg te nemen en ervoor te pleiten de ingeslagen weg om gezamenlijk te komen tot een plan van aanpak constructief voort te zetten.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. de brief van 4 juni 2019 aan B&W van De Ronde Venen vast te stellen;
  2. de brief aan B&W van De Ronde Venen te zenden;
  3. de brief ter kennisname aan Provinciale Staten, de Tweede Kamercommissie Infrastructuur en Water en het Ministerie van Infrastructuur en Water te zenden.

18 Beantwoording schriftelijke vragen PVV-fractie betreffende biowarmtecentrale, Lage Weide, gemeente Utrecht

SAMENVATTING:

De PVV-fractie uit Provinciale Staten heeft vragen gesteld over aard, omvang en herkomst van de in de biowarmtecentrale verbrande biomassa gedurende het 1e kwartaal van 2019. Gedeputeerde Staten maken in hun antwoord duidelijk dat de installatie op dit moment nog de testfase doorloopt. Uit de gegeven antwoorden blijkt o.a. dat in het eerste kwartaal van dit jaar 1.100 ton biomassa is gebruikt, afkomstig van leveranciers binnen een straal van 100 kilometer rondom de biowarmtecentrale. Tenslotte verwijzen Gedeputeerde Staten nog naar aanvullende afspraken tussen Eneco en de gemeente Utrecht over de monitoring van de milieuprestaties van de biowarmtecentrale.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten de beantwoording van de schriftelijke vragen ex art. 47 van het Reglement van Orde Provincie Utrecht van het Statenlid Dercksen van de PVV-fractie betreffende de biowarmtecentrale op Lage Weide (gemeente Utrecht) vast te stellen en te verzenden.

19 Twee Awb-bezwaarschriften tegen verleende TUG-ontheffing voor max. 50 helikoptervluchten vanaf buitengebied Eemnes

SAMENVATTING:

De provincie heeft, net als in 2017 en 2018, ook voor dit jaar aan een helikopterbedrijf toestemming gegeven voor het maken van max. 50 rondvluchten vanaf eenzelfde start- en landingslocatie in het buitengebied van Eemnes. Een bezwaarde, die 800 meter verderop woont, maakt voor het derde achtereenvolgende jaar hiertegen bezwaar. Ook voor de andere bezwaarden is het hoofdargument de als onevenredig ervaren hinder en geluidsoverlast van de overvliegbewegingen. In 2017 en 2018 heeft de provincie de bezwaarschriften ongegrond verklaard. Bezwaarden voeren voor 2019 vrijwel identieke bezwaren aan. De Awb-adviescommissie adviseert, net als in 2017 en 2018, om bezwaarden geen gelijk te geven omdat de provinciale ontheffing alleen betrekking heeft op het starten en landen van helikopters en niet op eventuele hinder van overvliegbewegingen. Daarover gaat de landelijke Inspectie Luchtvaart en Transport (ILT). De TUG-ontheffing voldoet voor het overige aan alle wettelijke en provinciale vereisten. Gedeputeerde Staten besluiten beide bezwaarschriften ongegrond te verklaren.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. de ingediende Awb-bezwaarschriften tegen de bestreden TUG-ontheffing ongegrond te verklaren;
  2. de TUG-ontheffing d.d. 15-2-2019 niet te herroepen;
  3. de beslissingen op bezwaar vast te stellen, te verzenden en voor de motivering te verwijzen naar de adviezen van de Awb- adviescommissie van PS en GS van 16 mei 2019.

21 Communicatie

Geen opmerkingen.

23 Rondvraag

Het verslag wordt vastgesteld in de vergadering van 11 juni 2019,

voorzitter,

secretaris,