Openbaar verslag vergadering GS Utrecht 08-11-2016

01A Openbaar verslag GS-vergadering d.d. 1 november 2016

Het verslag wordt ongewijzigd vastgesteld.

06* IGP – realisatieplan ‘Afronding inrichting Park Vliegbasis Soesterberg’

SAMENVATTING:

Park Vliegbasis Soesterberg is sinds eind 2014 geopend voor publiek. Al na het eerste jaar van openstelling bleek dat de voorzieningen voor wandelaars en fietsers onvoldoende zijn. Ook de aansluiting met de omgeving is nog onvoldoende gerealiseerd. Op basaal niveau heeft het park een optimalisatieslag nodig zodat het gebied toegankelijker wordt en beter beleefbaar en de natuur beter beschermd. Dit biedt daarnaast ook economisch-toeristische kansen.

In opdracht van de provincie en haar samenwerkingspartners (gemeenten Zeist en Soest, het Nationaal Militair Museum (NMM) en Het Utrechts Landschap als beheerder van het gebied) is in een gezamenlijk proces met hulp van Parklaan Landschapsarchitecten een voorstel gemaakt voor de beoogde optimalisatie. De partners dragen de voorstellen uit dit plan en zijn ook bereid hiervoor een bijdrage te leveren.

Vanuit het IGP-investeringsbudget wordt € 250.000, - ingezet als dekking op een totale gezamenlijke investering van € 580.000. De onderbouwing hiervan is opgenomen in het Statenvoorstel met Realisatieplan. Cofinanciering vindt plaats door de gemeenten Zeist en Soest en het NMM.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. het IGP – realisatieplan ‘Afronding inrichting Park Vliegbasis Soesterberg’ in concept vast te stellen;
  2. Provinciale Staten voor te stellen €250.000 uit het IGP-investeringsbudget beschikbaar te stellen voor de uitvoering van dit realisatieplan;
  3. het statenvoorstel IGP-realisatieplan ‘Afronding inrichting Park Vliegbasis Soesterberg’ ter besluitvorming toe te zenden aan Provinciale Staten.

07* Vaststellen Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie 2013-2028 (Herijking 2016) en Provinciale Ruimtelijke Verordening 2013 (Herijking 2016)

SAMENVATTING:

De Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie 2013 – 2028 (PRS) bevat het ruimtelijk beleid dat de provincie de komende jaren voert. De Provinciale Ruimtelijke Verordening 2013 (PRV) zorgt voor doorwerking van het beleid in gemeentelijke ruimtelijke plannen. In het afgelopen jaar is nog eens goed naar dit beleid en deze regels gekeken en is dit waar nodig herijkt. Dit volgt uit de bij vaststelling in 2013 afgesproken vierjaarlijkse herijking. Bij dit proces zijn medeoverheden, maatschappelijke organisaties en inwoners betrokken. Nu zijn de PRS en PRV (Herijking 2016) klaar voor vaststelling door Provinciale Staten. Na vaststelling beschikt de provincie weer over een actueel ruimtelijk beleidsinstrumentarium, dat ruimte biedt en uitnodigt tot ontwikkelingen die bijdragen aan meer ruimtelijke kwaliteit en aan bescherming van deze kwaliteit, maar ook sturingsmogelijkheden biedt om ongewenste ontwikkelingen te voorkomen.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. de concept Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie 2013-2028 (Herijking 2016) en de concept Provinciale Ruimtelijke Verordening 2013 (Herijking 2016) vast te stellen;
  2. de aanvulling op de concept- Nota van Beantwoording over zienswijzen op Provinciale ruimtelijke Structuurvisie 2013-2028 (Herijking 2016) en opmerkingen op Provinciale Ruimtelijke Verordening 2013 (Herijking 2016) vast te stellen;
  3. het Statenvoorstel vast te stellen en met de concept Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie 2013-2028 (Herijking 2016), de concept Provinciale Ruimtelijke Verordening 2013 (Herijking 2016) en de concept nota van beantwoording inclusief de aanvulling daarop ter besluitvorming toe te zenden aan Provinciale Staten;
  4. de portefeuillehouder tot de behandeling in de Statencommissie te machtigen tot het aanbrengen van redactionele wijzigingen in de onder beslispunten 1 en 2 genoemde documenten.

08 Vergadering IPO Bestuur 10 november 2016

SAMENVATTING:

Vergadering IPO Bestuur 10 november 2016.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten in te stemmen met:

  1. 3a. ‘Kernboodschap provinciaal aanbod nieuwe kabinet’, met Inachtneming van de opmerkingen in de toelichting en het advies;
  2. 3b. ‘Analyse van de periodieke beschouwing van de Raad van State “Ën nu verder”’, met inachtneming van de opmerkingen in het advies;
  3. 3c. ‘Prioritaire agenda’;
  4. 4a. ‘Delta-aanpak Waterkwaliteit en Zoetwater’;
  5. 5b. ‘Garantiebanen realisatie per 1 september 2016’, met inachtneming van de opmerking in de toelichting.

Portefeuillehouder een standpunt in te laten nemen m.b.t.:

  1. 4b. ‘Extra subsidie Europa decentraal’;
  2. 5a. VERTROUWELIJK Cao en pensioen’.

09 Opvang Vluchtelingen

SAMENVATTING:

In het najaar 2015 was er een grote instroom vluchtelingen en heeft op verzoek van het rijk elke provincie een Regionale regietafel opvang vluchtelingen (RRt) ingericht waarin betrokken overheden vanuit hun eigen verantwoordelijkheid en bevoegdheid samenwerken om de gevraagde opvangplekken te realiseren. In de Utrechtse situatie wordt de RRt gevoed door een ambtelijke Taskforce Opvang Vluchtelingen (TOV), een uitvoeringsgericht samenwerkingsverband bestaande uit een ambtelijke vertegenwoordiging van de Utrechtse gemeenten, VRU en provincie, ondersteund door een kwartiermaker. De provincie heeft de TOV financieel ondersteund. De situatie is op dit moment ingrijpend gewijzigd; er is geen crisissituatie meer en geen vraag meer naar extra opvangplekken. De noodopvang wordt landelijk door het COA afgebouwd en de asielopvang vindt overwegend plaats in reguliere asielzoekerscentra (AZC’s). Het rijk verwacht eind 2016 decharge te geven van de opdracht aan de bestuurlijke regietafels. De oproep van de staatssecretaris van V&J om de huisvesting van vergunninghouders tot prioriteit te benoemen, is een reguliere opgave van gemeenten en provincie. Dat geldt ook voor thema’s als integratie en onderwijs. De bijdrage van de provincie aan de TOV kan worden beëindigd. Vanuit de gemeenten ligt er de wens om in gesprek te blijven over de huisvestingsproblematiek van vergunninghouders. Voor deze onderwerpen zou de RRt een geschikt bestuurlijk platform kunnen zijn, indien aan een aantal uitgangspunten wordt voldaan Zo moet duidelijk zijn welke rol de gemeenten toekennen aan de RRt en ook moet de bemensing van de RRt passend zijn bij die rol omdat de focus verandert: niet langer de huisvesting van vluchtelingen (noodopvang in een beperkt aantal gemeenten), maar de huisvesting van vergunninghouders (taakstelling voor alle gemeenten).

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. deelname aan de Taskforce Opvang Vluchtelingen inclusief de financiering van de uitvoeringskosten te beëindigen;
  2. het “Actieplan afspraken Regionale Regietafel Opvang Vluchtelingen” vast te stellen en de uitvoering daarvan op te nemen binnen de bestaande reguliere taken van de provinciale organisatie;
  3. de gemeenten te verzoeken aan te geven welke rol zij willen toekennen aan de Regionale Regietafel (RRt) en welke bemensing van de RRt daarbij passend is;
  4. de algemeen directeur opdracht te geven een financiële afrekening op te stellen ter informatie voor Gedeputeerde en Provinciale Staten.

09A Beantwoorden schriftelijke vragen ex art. 47 RvO van de heer Van Essen van Groenlinks betreffende OV-dagkaart

SAMENVATTING:

In antwoord op statenvragen van de heer Van Essen over invoeren van OV-dagkaart wordt als antwoord gegeven dat we gesprek hierover willen aangaan met vervoerders in het kader van de tarievenplannen voor 2018. In de beantwoording worden overwegingen genoemd en de plannen voor dagkaarten in de tariefvoorstellen voor 2017 beschreven.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten de beantwoording van de schriftelijke vragen ex artikel 47 van het Reglement van Orde Provincie Utrecht van het statenlid de heer H. van Essen van GroenLinks betreffende dagkaartOV vast te stellen en te verzenden.

10* Zienswijze bestuurskrachtmeting Gooi en Vechtstreek

SAMENVATTING:

De Provincie Noord-Holland heeft een bestuurskrachtmeting laten uitvoeren in de Gooi en Vechtstreek. GS zijn in staat gesteld een zienswijze in te dienen. Het rapport schetst een beeld waarbij de meeste gemeenten individueel voldoende bestuurskrachtig zijn (al dan niet in een samenwerkingsconstructie zoals tussen Blaricum, Eemnes en Laren - BEL), maar wordt de regionale bestuurskracht onvoldoende geacht. De Provincie Noord-Holland zet daarom al jaren in op gemeentelijke fusie. Dat is ook de conclusie en de aanbeveling van het rapport. Onze zienswijze is gebaseerd op de visie dat regionale samenwerking of gemeentelijke fusie slechts succesvol kan zijn indien deze kan rekenen op voldoende draagvlak van onderop (dat wil zeggen een beweging vanuit de gemeenten zelf.. We constateren dat juist dit draagvlak ontbreekt. Daarom delen wij de conclusie en het advies voor gemeentelijke fusie niet. Wel spreekt de zienswijze, in lijn met onze visie, de steun uit voor de wens van de BEL-gemeenten om met krachtige samenwerking, bestuurlijk zelfstandig te blijven.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. de zienswijze vast te stellen en aan GS van Noord-Holland toe te sturen;
  2. de portefeuillehouder te mandateren zo nodig de zienswijze voor versturing aan te passen aan de politieke actualiteit in Eemnes en Laren;
  3. de statenbrief inzake de bestuurskrachtmeting Gooi en Vechtstreek en onze zienswijze vast te stellen en te verzenden.

11 2e Wijziging Besluit aanwijzing toezichthouders provincie Utrecht 2012

SAMENVATTING:

Vanwege de per 1-7-2014 opgerichte Regionale Uitvoeringsdienst (RUD) Utrecht moet het Besluit aanwijzing toezichthouders provincie Utrecht 2012 opnieuw worden gewijzigd. Gedeputeerde Staten hebben vanaf die datum veel toezichthoudende, vergunningverlenende en handhavende (VTH) taken, waarvoor de provincie bevoegd gezag is, ter uitvoering in mandaat ondergebracht bij de RUD Utrecht. Voor die taakonderdelen is het niet langer aan Gedeputeerde Staten om toezichthouders/handhavers aan te wijzen. Dat is een taak geworden van het (dagelijks) bestuur van de RUD Utrecht. Daarom passen Gedeputeerde Staten het Besluit aanwijzing toezichthouders provincie Utrecht 2012 aan. Zodra mogelijk publiceren Gedeputeerde Staten het gewijzigde besluit in het Provinciaal blad.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten:

  1. het ‘Besluit aanwijzing toezichthouders provincie Utrecht 2012‘ voor de tweede maal te wijzigen;
  2. dit besluit te publiceren in het Provinciaal blad.

12 Beantwoording schriftelijke vragen betreffende Fort bij Vechten

SAMENVATTING:

In 2015 is het Waterliniemuseum opgeleverd. De provincie heeft de regie gehad in de realisatie van dit museum. In december 2015 is een convenant afgesloten over de verdere verantwoordelijkheden en rollen bij de exploitatie van het Waterliniemuseum. Daarin is afgesproken dat de exploitatiemaatschappij Fort bij Vechten verantwoordelijk is voor de exploitatie en doorontwikkeling en daarbij wordt ondersteund door een de Stichting Waterliniemuseum Fort bij Vechten.

BESLUIT:

Gedeputeerde Staten besluiten de beantwoording van de schriftelijke vragen ex artikel 47 van het Reglement van Orde Provincie Utrecht van het Statenlid M. Hoek van 50PLUS betreffende Fort bij Vechten vast te stellen en te verzenden.

15 Communicatieadvies

Geen opmerkingen.

17 Rondvraag

Het verslag wordt vastgesteld in de vergadering van 15 november 2016,

voorzitter,

secretaris,